Een van de grootste uitdagingen voor ons als christenen is dat in onze wereld diversiteit, inclusie en gelijkheid zo hoog op de agenda staan. Dit dwingt ons om heel omzichtig te manoeuvreren als het gaat om onze overtuigingen. Want wat moet je doen om te voorkomen dat we anderen het gevoel geven dat we boven hen staan. Of dat we hen afwijzen. Of dat we een ander zijn mening niet gunnen. Of dat we op zere tenen trappen. Juist omdat we geloven in dé waarheid, krijgen we snel het imago exclusief te zijn en anderen daarmee af te wijzen.
Het pluralisme, dus het feit dat we in een cultuur leven waarin iedereen er zijn eigen subjectieve opvattingen op na houdt, is niet alleen een sociologisch gegeven. Het is tot een soort dogma verheven dat er voor velen op neerkomt dat er geen objectieve waarheid zou bestaan. Waarheid is met andere woorden een opinie geworden, een persoonlijke voorkeur, dus iets relatiefs. Het doet me denken aan iemand die zei: ik geloof niet in de hel want daar ben ik het niet mee eens… Deze manier van redeneren staat haaks op wat wij als christenen geloven en dat brengt ons in een ongemakkelijke positie.
Wat voor consequenties heeft dat voor ons als gelovigen in onze communicatie naar mensen om ons heen. Ik geloof dat het ons dwingt om zowel inclusief als exclusief te zijn, zodat we open in gesprek met onze omgeving kunnen zijn maar tegelijkertijd vasthouden aan de dingen waar we echt in geloven. Dat is niet gemakkelijk want het brengt ons in een spanningsveld. We moeten leren om als het ware als evenwichtskunstenaars op het smalle koord in balans te blijven. We hebben hier echt met een lastige paradox te maken.
Exclusief maar ook bescheiden
Het is nodig dat we de erfenis van ons geloof vasthouden, dat we datgene wat door de eeuwen heen is beleden koesteren. Natuurlijk moeten we daarbij een onderscheid maken tussen wat meer of minder essentieel is. De apostolische geloofsbelijdenis geeft een goed handvat wat dit betreft. Mij helpt het om te zien hoe al vanaf het begin van de kerk dwalingen ontstonden die er meestal op neerkwamen dat aan de exclusieve, unieke identiteit van Jezus werd getornd. Hij is de hoeksteen van alles wat we geloven. In Hem woont heel de volheid der godheid lichamelijk. (Col.2:9)
Het is echter de kunst dat we over Hem spreken in dezelfde houding die Jezus kenmerkte. Je zag bij Hem niets van triomfalisme, van betweterigheid of drammerigheid. Hoewel Hij Gods zoon was gedroeg Hij zich niet als zoon van de baas, ging Hij niet boven de mensen staan. Integendeel, Hij kwam op ooghoogte. Dat is het unieke van de incarnatie: God die echt alles aflegt om mens te worden, zelfs meer dan dat: Hij kwam om ons te dienen. (Phil.2:7). Hij is ons rolmodel.
Inclusief maar ook vrijmoedig
Elk mens is naar Gods beeld geschapen. Dus het is terecht dat elk mens met het grootste respect moet worden benaderd. Diversiteit, inclusie en gelijkheid zijn in de grond van de zaak waarden die hun oorsprong hebben in het christelijk geloof. Dat ze vaak daarvan worden losgekoppeld doet niet af van het belang van deze waarden. We geloven ook dat de meeste mensen nog enig besef hebben van hun afkomst. Dus het past niet om anderen bij voorbaat af te wijzen of te veroordelen. Ons past meer de houding van de dakloze die andere daklozen vertelt waar onderdak te vinden is.
Het is typerend voor Jezus dat mensen onder de indruk raakten van zijn inclusieve houding. De evangeliën staan vol voorbeelden daarvan. In tegenstelling tot degenen die het in eigen ogen hadden gemaakt, werden de doorsnee mensen door Hem aangetrokken, voelden ze zich door Hem aanvaard. Niet dat Hij de waarheid afzwakte om meer toegankelijk te zijn. Integendeel Hij praatte niemand naar de mond. Maar als Hij sprak over zonde en oordeel dan was het, bij wijze van spreken, met tranen in zijn ogen. (Luc.19:41)
De paradoxen van Gods Koninkrijk omarmen
We zijn als christen dus zowel exclusief als inclusief en dat is een hele uitdaging. Omega stelt zich ten doel om te zoeken naar het DNA van Gods Koninkrijk. Dat blijkt heel vaak te gaan om paradoxen: ogenschijnlijke tegenstellingen waarbij we al snel in of-of termen denken. Dat brengt ons echter in de fuik van zwart-wit denken. De grote uitdaging is om paradoxen te omarmen, om de spanning niet uit de weg te gaan.
Johan Vink, spreker en schrijver, initiator van het Omega project
